Dag in Edessa

Ik wil vandaag in Edessa blijven. Het is een wat grotere moderne plaats met historie. Het regent wederom hard. Ik ben tot 10.00 uur op de kamer bezig. Dan loop ik naar de waterval, de bezienswaardigheid van Edessa. In de buurt van de waterval blijkt alles op toeristen gericht. Maar in dit weer is er geen toerist te bekennen, overal lege terrassen.

Bij een kiosk van het vvv haal ik wat info en betaal voor een Citypas waarmee ik alles kan bekijken. In een groot chique café ben ik de enige gast. Na een Covidcontrole mag ik plaats nemen. Ik bestel koffie. Vervolgens loop ik over mooi aangelegde terrassen naar beneden. Met donder en geweld stort er een grote hoeveelheid water vanaf het hoge plateau, waar het huidige Edessa op ligt, naar beneden. Ik film en fotografeer het spektakel.

De stad uit de oudheid ligt beneden in het dal. Daar zijn al jaren archeologen aan het graven en ontdekken. Bij de waterval is een aantal oude watermolens in de afgelopen eeuwen gebouwd. In één er van is een aquarium/herbarium ingericht. Ik bekijk de slangen, schildpadden en gekko’s. Tussen de bakken is de oude molentechniek nog te zien. In een ander gebouw bekijk ik de door water aangedreven maalmolen. Duidelijk is dat sesam al 5000 jaar voor onze jaartelling verwerkt werd in China voor olie, op brood en in koeken. Sesam kwam en komt vooral uit Myanmar en India. Omdat ik de enige gast ben, vertelt de gids het hele verhaal voor mij in het Engels. Aan het eind krijg ik een Sesam koekje en een glaasje kersenlikeur (zelf gemaakt). Ik bedank de gids en ga dan naar Verosi.

Dit is een dorpsachtig oudste deel van Edessa. Op het plein voor de mooie kerk zijn oude fundamenten opgegraven. Al vanaf de 3e eeuw voor Christus zijn hier resten van verdedigingswerken gevonden. Varosi wordt gezien als de link tussen de klassieke benedenstad en de latere bovenstad. Ik spreek een politieman aan in een politieauto en vraag hoe ver het is naar de opgravingen van de oude stad. Te ver om nu even heen en weer te lopen. Morgen kom ik er toch langs. Ik ga terug en loop via de waterval de stad weer in.

Bij een bank ga ik geld pinnen (kosten 3 %) en zoek dan een restaurant om te lunchen. Bij Kelari is het druk. Ik ga er binnen, vind een leeg plekje en bestel kipstukjes. Na het eten loop ik terug naar het hotel. Bij de super aan de overkant koop ik yoghurt, melk en broodjes voor morgen. Op de kamer bel ik met hotel Adonis (?) in Skydra. Ik kan er morgen terecht.

Morgen is nog een regendag. Naar Skydra is 15 km, dus dat is te overzien. Zaterdag zal het weer verbeteren, zeggen de weergoden. Na 19.00 uur ga ik weer naar het Foodlab voor een maaltijd. De dame die me gisteren bediende herkent me. Het menu van de dag is een soort risotto. Ik bestel het, met daarbij rode wijn. Om 21.00 uur ben ik uitgegeten en vertrek.naar het hotel.

Gelopen 7, 61 Km