Bij het ontbijt tref ik Ricardo, de Argentijnse pelgrim die ik in Corbeny al heb ontmoet. Toen vertelde hij geen kaart of gids te hebben. Als ik hem nu het routeboekje geef dat ik gisteren van het Office de Tourisme (OdT) kreeg, is hij er heel blij mee. Als hij vertrekt wens ik hem Buen Camino en ga naar mijn kamer. Na een douche ga ik de stad in. Eerst haal ik een nieuw gidsje bij het OdT. Dan loop ik naar de Carnegie Bibliothèque. Ik denk dat deze om tien uur open gaat. Ik breng een kwartier door op een bank in de zon die uitbundig schijnt. Dan blijkt i.v.m schoolvakanties de opening om twee uur vanmiddag is. Ik loop naar de markthal. Er is weinig te beleven. Ik loop door naar de buurt waar alle champagnehuizen zitten. Naast Mumm is een kapel gebouwd. In het interieur zijn de wanden beschilderd door de schilder Foujita op basis van Bijbelse verhalen. Het werk van deze Japanner die zijn leven in Frankrijk doorbracht, is na zijn dood aan het Museum van Reims geschonken. Bij mijn vorige bezoek aan Reims was ik er van onder de indruk. Het is maar een klein kapelletje en ben dus snel klaar. Ik loop terug naar het centrum en zoek een plaats op het terras van Café le Gaulois. Ik bestel een lunch met vis en sla. Na de lunch loop ik naar de bibliotheek. Het is een mooi voorbeeld van Art Déco architectuur. Gebouwd in 1919 en het is nog in gebruik. Op de begane grond is een hal met receptie, een expositieruimte en de leeszaal. Ik vraag even toestemming en maak dan wat foto’s. Dan bekijk ik de expositie over de ontwikkeling van de boekdrukkunst. Reims is daarin ook belangrijk geweest. Op een kaart met de belangrijkst plaatsen in de Middeleeuwen staat in Nederland alleen Deventer. Over de hoofdstraat Rue de Vesle loop ik terug naar mijn onderkomen. Op mijn kamer rust ik even uit. Dan bekijk ik hoe ik morgen verder ga.