Als ochtendwandeling loop ik naar Solopaca. In dit hoger gelegen oude stadje ga ik een bar in en neem het inmiddels bekende ontbijt: koffie met een cornetto. Dan ga ik verder en loop het dorp uit om een lokale weg te gaan volgen.

Alles staat nu in het teken van de druivenoogst. Vanmorgen zag ik ze al, de plukkers. Verzameld met 8 a 10 mannen, wachtend tot de wijnboer met een lege bak achter de trekker aankomt. Een paar uur later zie ik de boeren weer rijden, maar nu met volle bakken. Langs de slingerende rivier het dal, lopen de rechte lijn van een spoor en een snelweg. De weg die ik loop ligt wat hoger op de helling en passeert wat kleine dorpjes. Rond 12.00 uur heb ik Ponte bereikt. Om in het stadje te komen, wijk ik af van de route. Over de rivier, onder de snelweg door en over het spoor kom ik in het centrum en ga op een terrasje zitten lunchen. Om na de lunch weer op de route te komen, volg ik een provinciale weg. De weg gaat gestaag omhoog. Het is inmiddels warm geworden. Regelmatig moet ik even uitblazen.

Eenmaal over de berg kom ik in een desolaat gebied rond een vliegveld. De afgelopen dagen heb ik mij afgevraagd waarom de Italianen al het afval zomaar in de berm van de weg dumpen. Complete huisraad kom ik tegen. Koelkasten, tv’s, bankstellen maar ook kleding, flessen enz. enz. Het lijkt een grote afvalberg. Toen ik het vliegveld voorbij was, lag er een plastic zak op de weg. Ik denk ‘ik schop het aan de kant’ Helaas zat er in die plastic zak zand waardoor ik mijn evenwicht verlies en tegen het asfalt val. Ik weet met armen en benen mijn val te breken. Gevolg schaafwonden en schrammen op armen en benen. Op een muurtje verzorg ik e.e.a met zalf en pleisters.

Ik loop verder en in anderhalf uur ben ik in Benevento. Op zoek naar mijn slaapadres loop ik door het centrum van deze chique stad. Aan het eind van een hoofdstraat, staat het appartementengebouw waar ik op de bovenste verdieping een kamer heb gereserveerd. De eigenaar is niet aanwezig. Ik bel hem op. Hij spreekt geen Engels en handen en voeten werken niet door de telefoon. Ik ga op het terras naast het gebouw een biertje drinken. Dan arriveert er een hippe jongeman met slobbroek en muts. Hij laat me binnen en verdwijnt weer. Op het grote dakterras schijnt de zon nog. Ik zit er even en ga me dan douchen. Daarna moet k even wat eten halen voor morgen onderweg. Ik vind om de hoek een supermarkt. Bij het terras waar ik wachtte op komst van de huisbaas, hoort een sfeervol restaurant. Bij de primo en secundo bestel ik een wijn uit Benevento.

Gelopen: Telese Terme – Benevento 34.01 km

[Show as slideshow]