Vetralla – Sutri

De hele nacht heeft het onweer en de regen aangehouden. Als ik om 6.00 uur vertrek is het mistig. Ik loop in de lengte van oud naar nieuw door de stad. Er is een bar open d.w.z. koffie met brioche. Na mij stappen nog twee pelgrims binnen. Ik groet ze. Bij het verlaten van het Vetralla gaat de weg omhoog. Door de mist is er geen uitzicht. Boven ligt een Cappucijner klooster. Ik maak een foto in de mist. De route gaat verder. Als ik bij een spoorlijn een bar zie waar autochtone werklui een koffie nemen doe ik dat ook. De spoorbomen zijn dicht als ik na de koffie verder wil gaan. Ik wacht tot de trein is gepasseerd en loop daarna een bos in. De mist is inmiddels opgetrokken. Het zonlicht valt in stralen door takken van de bomen. Het bos eenmaal uit volgt een uitgestrekt gebied met hazelnoot plantages. Ik loop er door tot ik onder een spoorbrug door Capranica binnen loop. Door oninteressante woonwijken loop ok naar het centrum. In een park ga ik op een bank zitten lunchen. Daarna loop ik het centrum van de stad in. Het is een schilderachtig stadje. Aan het eind vam de stad gaat het steil naar beneden. De route volgend kom ik op een asfaltweg die rechtstreeks naar Sutri gaat. Ik arriveer er om 13.00 uur. De eerste die ik tegen kom is Cedric. We willen beiden bij dezelfde ostello overnachten. Als we er heen lopen, blijk dat we voor 16.30 uur niet terecht kunnen. We gaan op een terras zitten met een ijsje. Ik ga het stadje bekijken en kom John Noël tegen. Hij logeert in een hotel. We praten even en dan ga ik bij de horlogewinkel een nieuw bandje halen. Terug op de kamer rusten we tot ik met Cedric ga eten. Op een terras met zicht op de omgeving bestellen we een pelgrimsmenu. Na het eten nemen we bij de bar nog een ijsje en da is het bedtijd.