Wisques – Therouanne

Ik wacht de ochtendrituelen niet af en vertrek even voor 8.00 uur. Het leven in soberheid en rituelen is mij te beklemmend. Ik denk aan mijn wandeling op het Hugenotenpad. De hervormers hadden ook het idee dat het Woord voldoende was. In de kille ochtendvroegte loop ik naar het dorp Wisques. Ik kom een jogger tegen. Ik loop naar de tweede abdij van het dorp: de Notre Dame Abdij gedreven door nonnen. Hier worden ook pelgrims ontvangen. Ik passeer een vrouw met keffertje. Ze wil me de weg wijzen. Als ik zeg dat ik de weg volg via mijn gps is de reactie: ja, dat kan ook. Binnen een uur loop ik naar Wizernes. Onderweg schiet me het kinderliedje te binnen dat ik op weg naar Santiago met Femke de Graaf zong: t’ Zonnetje schijnt zo heerlijk schoon. In Wizernes koop ik bij de bakker wat brood voor de lunch. Verder lopend kom ik in Inghem. Op een bankje rits ik de pijpen van de broek. Het is warm en vochtig. Na de pauze vraag ik de kroegbaas mijn waterfles te vullen en loop dan het dorp uit. De rust en de ruimte van het glooiende land zijn overweldigend. Als ik Therouanne binnenloop sta ik meteen bij het toeristenbureau. Binnen tref ik een aardige jonge vrouw die me trots vertelt dat ze een beetje Nederlands spreekt. Ze heeft het een jaar aan de universiteit van Arras gestudeerd. Ze belt iemand die pelgrims ontvangt en even later staat Alain me op te wachten bij zijn Gite d’Etappe aan de hoofdstraat. Hij legt me uit hoe alles werkt. Als hij vertrokken is installeer ik me en ga bij de supermarkt aan de overkant wat ingrediënten halen voor de maaltijd. Alain komt na de maatlijd nog even buurten. Hij biedt aan naar een volgend adres te bellen. Lijkt me prima want morgen is het zondag. Als Alain is vertrokken was ik af en ga nog even buiten zitten met koffie.