Bar-sur-Aube – Cirfontaines-en-Azois

Na het ontbijt dank ik Janet voor alle goeds tijdens mijn verblijf bij haar en omhels haar. Erik brengt me met de auto naar de plek waar ik gisteren ben gestopt. Ook hem bedank ik uitbundig. De zon gaat schijnen als ik begin te lopen. Na een paar kilometer ben ik in het eerste dorp. Daarna gaat het sterk omhoog en weer naar beneden. Ik kom in de wijnvelden van Baroville. In het dorp wordt champagne gemaakt. Op een bank naast de Mairie doe ik de jas uit en de pijpen van de broek. Na de wijnvelden kom ik in de bossen van Clairveaux. Ook hier weer stijgen en dalen. Als ik de bossen uit ben is het niet ver naar de abdij. Nadat ik een blik heb geworpen op de abdij ga ik koffie bij de bar tegenover de abdij. Als ik verder ga is het broeierig warm. Ik volg de D12 en loop zo om de heuvels heen die op de route liggen. Rond 15.30 uur ben ik in Cirfontaines-en-Arzois. Er is volgens de gids één slaap adres tegenover de Mairie. Ik bel aan en er komt een jonge vrouw naar buiten. De gite is gesloten en de eigenaar woont niet in het dorp. De vrouw komt uit de omgeving Parijs en is hier een paar dagen te gast. Ze haalt haar moeder er bij en er kom nog een vrouw. Deze laatste kent iemand verderop in de straat. In optocht lopen we er naar toe. Oudere mensen zijn het die de tent wel in de tuin willen hebben. Dan komt de buurman er bij die wel een kamer beschikbaar heeft. Uiteindelijk kom ik daar terecht. Ik dank de dames voor hun hulp. De gastheer is Engelsman en heet Jason en de gastvrouw is Nancy en Amerikaanse. Het huis dat ze nog niet lang hebben moet verbouwd en staat volledig vol met spullen. Nancy maakt een kamer klaar terwijl ik douche. Dan gaan we buiten zitten. Onder het nuttigen van een glas champagne vertellen ze dat ze piloten zijn. Dan gaan we eten. Ze vertellen dat het huis groot genoeg is om een vaste plek voor een pelgrim in te richten. De route kom voor de deur langs. Na het eten is het 21.30 uur. We zitten nog even binnen te praten en dan is het tijd om te gaan slapen.