Fidenza – Fornovo di Taro

Het is 6.30 uur als ik, na een inmiddels gebruikelijk bar-ontbijt, de stad uitloop door een mooie lommerrijke villawijk. Langs een lange lindenlaan kom ik in het open veld. Al snel ben ik in de glooiende uitlopers van de Apennijnen en verlaat de vlakte. Het is fijn weer om te lopen, zon en wat wind. In het eerste dorp dat ik na 3 uur bereik Costemezzana loop ik een stukje verkeerd. Als ik het door heb, loop ik terug naar de goede route. Het gaat langzaam omhoog tot ik in een gehucht kom boven op de 200 meter hoge berg. Het uitzicht over het landschap is geweldig. Het is ontspannen lopen als de afdaling volgt. Nadat ik een weg ben overgestoken volgt een beek die doorwaad moet worden. Daarna loop ik over een berg vrij snel Medesano binnen. Het is rond 13.00 uur. Ik was van plan om hier te overnachten. Maar het is nog vroeg op de dag, ik voel me goed en het weer is goed en het is een vlak stuk langs een rivier. Ik besluit door te lopen naar de volgende stopplaats Fornovo di Taro. De rivier Taro ligt aan de andere kant van een snelweg. Op de kaart staat een tunnel aangegeven. Maar door uitbreiding van het industriegebied moet ik er naar zoeken. Als ik de tunnel zie moet ik tussen twee gebouwen door en over een weiland om er bij te komen. Dan blijkt hij helemaal vol water te staan. Met een stok peil ik de diepte van het water en concludeer dat ik er niet door kan. Dus terug. Via een omweg kom ik verderop weer een tunnel tegen. Deze is droog zodat ik langs de rivier het pad kan vervolgen. Het is een soort natuurgebied. Bij een doorwaadbare plek door een beekje ga ik even in de schaduw zitten. Met een broche en melk lunch en rust ik even. Het is niet ver meer naar de brug over de rivier. Aan de overkant ligt Fornovo di Taro. Ik loop naar een mooi Romaans kerkje. Er naast is een informatiepunt. Dit is echter gesloten. Ik informeer bij een bar en de barman wijst me de weg naar de ostello aan de andere kant van de kerk. Even later sta ik onder de douche. Als ik daarna de Milanese jongen zie staan bij de info breng ik hem naar de ostello. Hij is verbaasd me hier te treffen. Hij heeft er twee dagen over gedaan. Op de kamer praten we even. Dan ga ik het dorp in. Ik vind een Pizzeria en bestel de eerste pizza sinds ik in Italië ben.