Martigny – Orsières

Gisteravond kwam nog een Fransman binnen die gisteren naar de top was gelopen. Hij kwam met de bus terug om naar huis te gaan nadat hij de eerste helft van Canterbury naar de Grand Sint Bernard. Later doet hij de 2e helft. Ik vraag naar de sneeuwsituatie op de berg. Volgens hem is het prima te doen. Het stelt me gerust. Na het ontbijt loop ik het dorp uit. Het voorstadje Bourg loop ik door en dan gaat het klimmen beginnen. Eerst nog op een breed karrespoor maar al snel versmalt het tot een smal bergpad. Na een tijd langs de steile helling te hebben geklauterd loop ik een hangbrug over. Ik ga weer omhoog en kom op een weg. Even verder is een benzinepomp gecombineerd met een café. Als ik daar heen loop staat Liesbeth naar me te zwaaien. Nadat we samen koffie hebben gedronken gaan we samen verder. Als het pad te rotsig wordt voor de kar die ze hebben loop ik door. Later zien we elkaar weer. Het pad wordt onbegaanbaar bij een oude steenstort. Ik ga terug nadat ik mijn been heb verwond. Liesbeth en Frus besluiten de rugzak van de kar te halen. Ik loop door en het klauteren gaat verder. Op een goed moment ben ik de steenstort voorbij en kom weer op een goed beloopbaar pad. Op een bankje stop ik even om een pleister op de wond aan mijn been te plakken. Ik wacht nog even. Net als ik verder wil gaan komen de anderen ook aanlopen. We lopen samen tot er weer een steenstort volgt. Ik loop door en kom in het dorp Sembracher. Op een bank bij de kerk pauzeer ik om te lunchen. Na de lunch gaat het weer omhoog. Na La Garde loop ik een stuk waar Napoleon langs getrokken is. Het is rond 15.30 uur als ik Orsières bereik. Achter de kerk staat een gebouw waar ik binnen ga en op een bel druk. Er verschijnt een vrouw die me begeleidt naar een naastgelegen gebouw. Daar kan ik overnachten. Als ik me heb geïnstalleerd ga ik wat boodschappen doen voor een maaltijd. Tegen 20.00 uur maak ik een pastamaaltijd klaar. Na het eten kijk ik nog even rond in het dorp. Ik schets wat en schrijf wat en ga dan slapen.