Soto de Luiña San Esteban
Na een ontbijt in de bar van het hotel aan de overkant ga ik op pad. Het heeft vannacht geregend. Dampige velden en natte bossen getuigen er van. Door een mooi lieflijk landschap, waar de zon op begint te schijnen, loop ik via Martin de Luiña naar El Rellayo. Hoog boven mij zweeft de snelweg. Bij een rotonde kies ik ervoor naar Cudillero te lopen. Op vakantie in 1991 hebben we dit schilderachtige vissersplaatsje ook bezocht. De Camino probeert de historische pelgrimsroute zoveel mogelijk te volgen, maar gaat daardoor voorbij aan leuke plaatsen. Als ik in het plaatsje aankom is het gaan motregenen. Bij de haven is de start van een oldtimer-ralley. Aan de andere kant is een Franse Camperclub neergestreken. Ik loop het dorp in. Met koffie op een terras bel ik met Marleen om haar te feliciteren met haar verjaardag. Ik klim het dorp, dat in een bergkloof is gebouwd, aan de andere kant weer uit. De weg komt uit in El Pito. Een klein dorp met een groot paleis met dito tuin. In de gids lees ik dat de gebroeders Segas uit dit dorp, in Zuid Amerika fortuin hebben gemaakt. Naast het paleis, schonken zij het dorp ook een school en een kerk. Ik sla linksaf om weer richting de kust te lopen. Na een camping (acsi) kom ik op een groot strand uit, het Playa de Anguilar. Omdat het laag water is is het strand zo groot dat de paar mensen die er zijn niet opvallen. Op een terras aan het strand drink ik koffie en geniet van de plek. Ik ben blij dat ik de Camino even de Camino laat Bij het verder lopen zoek ik op de kaart in de gids de slimste route naar San Esteban. Dan passeer ik een bord waarop een lokale wandelroute is aangegeven. Deze gaat pal langs de kust en er zijn een aantal miradores aangegeven. Bovendien komt ze uit op een punt waar San Esteban niet ver meer is. De lengte is 5,5 kilometer. De eerste klim is heftig. Eenmaal boven is het een prachtige route. Er zijn watertapplaatsen, afdakjes om te schuilen voor zon of regen en het is goed geplaveid. Het eindpunt is Mirador De Espiritu Sanctos. Een kapelletje op de kaap waar het uitzicht langs de kust geweldig is. Vanaf de kapel is het nog een afdaling naar de rivier waar San Esteban aan ligt. De Albergue ligt aan de rivier. Als ik aankom maakt de baas de indruk dat ik welkom ben. Ik krijg een bed op een 4 bedskamer waar voorlopig de enige ben. Na het installeren en douchen ga ik naar het restaurant wat verderop en geniet een heerlijke maaltijd. Het is over 17.00 uur als ik klaar ben en aan de koffie zit. Terug op de kamer ontmoet ik een kamergenoot. Het is een Duitse student politicologie en economie, die in Santiago 6 maanden via een uitwisselingsprogramma gaat studeren. We praten wat, waarna hij wat inkopen gaat doen. Even later krijgen we nog 2 Spaanse kamergenoten.
Hallo Wim,
weer even alle wandelverslagen gelezen en de foto’s bekeken. Tijdens het lopen heb je blijkbaar nergens last van. Ik kan me voorstellen dat het van Santiago “af” lopen een komisch gevoel geeft. Het hoeft helemaal niet, maar het mag. Gewoon omdat je ervan geniet.
Ik wens je nog vele goede wandeldagen.
Maria
Ja Maria, het is anders na Santiago. Het doel dat 4 maanden voorop stond is weg. Maar het circus was voor mij een anticlimax. Het belangrijkste verschil is nu dat ik niet in de rij meeloop maar er tegenin. Dat bevalt me. Lastiger is de route te vinden. Af en toe loop ik langs de weg, maar dat hebben we in Frankrijk ook wel gedaan. Ik loop nog een stukje zolang ik het leuk vind. Groeten Wim
Ha die Wim , ik lees dat je op terugweg bent. Dat heeft op zijn minst EEN voordeel , nl. het moment dat we elkaar terug zien komt dichterbij. Zelf heb ik afgelopen weekend WEER aan je gedacht , ik namelijk weer in Liverpool en daar hebben samen ook nog een verleden….. Ben weer in the Cavern geweest , onmundig warm in de kelder. Maar ook veel sfeer en nostalgie. Ik blijf je volgen , goede reis , Gerard
Hallo Gerard, ja de terugtocht is ingezet. Hoe lang die duurt is nog niet duidelijk maar voor 1 oktober ben ik we terug. Leuk om weer eens naar die goede muziekstad te gaan. De muziek hier blijft beperkt tot wat folklore. Dat had ik wel anders gedacht. Groeten ook aan Jannie